Basenji Club Nederland

www.basenji-club.nl Copyright © 2022 de Basenji Club Nederland 

Land van herkomst: Centraal Afrika Patronage:                 Groot Britannië Datum van publicatie van de origineel geldende standaard:  25 – 11 – 1999 Gebruik: Jacht en Gezelschapshond Classificatie FCI: Groep 5 Spitz en Oertypen        Sectie 6    Oertype    Zonder werkproef. Algemeen Voorkomen Licht gebouwd dier met fijn bot en aristocratisch uiterlijk, staat hoog op de benen in vergelijking met zijn lengte; altijd in balans, evenwichtig, waakzaam en intelligent. Hoofd met plooien, staande oren die trots gedragen worden op een goed gebogen hals. De diepe borst gaat over in de aangeduide lendenpartij; staart stijf gedraaid. Het dier toont het beeld van een harmonische hond met de gratie van een gazelle. Belangrijke Verhoudingen De afstand van de achterhoofdsknobbel tot de stop is iets meer dan van de stop tot de neusspiegel. Kenmerken Blaft niet, maar is niet stom; zijn eigen speciale geluid is een mengsel van grinniken en jodelen. In elk opzicht opvallend zindelijk. Temperament Een intelligent, onafhankelijk, maar toegewijd en waakzaam ras. Kan gereserveerd zijn ten opzichte van vreemden. Hoofd en Schedel Vlak, goed besneden (gebeiteld) en van middelmatige breedte, versmallend naar de neus met geringe stop. De zijkanten van de schedel versmallen geleidelijk naar de mond, het geen een gladde indruk geeft. Als de oren gespitst worden, verschijnen er fijne en overvloedige rimpels op het voorhoofd. Plooien aan de zijkant van het hoofd zijn gewenst maar mogen niet zo overdreven zijn dat ze keelhuid vormen. Bij pups valt meer rimpel waar te nemen, maar door gebrek aan schaduw niet zo duidelijk in de driekleuren. Neus Zwarte neus gewenst. Kaken / Gebit Sterke kaken met een perfect, regelmatig en compleet schaargebit, dat wil zeggen dat de boventanden juist over de ondertanden scharen, de tanden staan recht in de kaak. Ogen Donker, amandelvormig; schuin geplaatst, in de verte kijkend en tamelijk ondoorgrondelijk van uitdrukking. Oren Klein, puntig, staand en enigszins naar voren gericht; dun; de oorpunt meer naar het midden van de schedel gericht dan de buitenzijde van de basis van het oor. Hals sterk en van goede lengte zonder dik te zijn. Goed gevormd en enigszins vol aan de basis (van de keel), met een elegante Boog die de toplijn benadrukt. Goed geplaatst tussen de schouders, hij benadrukt de trotse houding van het hoofd. Lichaam In harmonie, met korte horizontale rug. Goede ribwelving, diep en ovaal. Korte lendenen, diepe borstkas overgaand in een goed opgetrokken buik. Staart Hoog aangezet, zodat de naar achteren gebogen ronding van de dij uitsteekt achter de staartwortel, waardoor de achterhand een uitgrijpende indruk geeft. Krult stijf over de ruggengraat en ligt dicht tegen de dij met een enkele of een dubbele krul. Voorhand De schouders goed schuin geplaatst, gespierd, niet beladen. Ellebogen goed tegen de borst gehouden. Van voren bezien zijn de ellebogen in een rechte lijn met de ribben, en de benen moeten in een rechte lijn verlopen, een middelmatig breed front vormend. Voorbenen recht met fijn bot en zeer lange onderarm. Middenvoet goed lang, recht en beweeglijk. Achterhand Sterk en gespierd. Matig gebogen kniegewricht. Lange tweede dij. Lage hakken die noch naar binnen noch naar buiten gedraaid worden. Voeten Klein, smal en compact, met diepe voetzolen. Goed gebogen tenen en korte nagels. Gangwerk De benen worden recht vooruit bewogen in een vlugge, lange en moeiteloze zwaaiende pas. Huid Zeer soepel. Vacht Kort, glad en dicht; zeer fijn. Kleur Zuiver zwart en wit; rood en wit; black en tan en wit met meloen kleurige sproetjes en tan aftekening op voorsnuit en wangen (masker), zwart en tan en wit. Brindle; rode ondergrond met zwarte strepen, hoe duidelijker de strepen hoe beter. Wit moet voorkomen op voeten, borst en staartpunt. Witte benen, bles en witte kraag facultatief. Maten en Gewicht Ideale schouderhoogte reuen 43 cm (17 inch); 11 kg. Teven 40 cm (16 inch); 9 ½ kg. Fouten Elke afwijking van voorgaande punten moet als fout beschouwd worden en de ernst van de fout moet in exacte verhouding staan tot de beoordeling van de mate en het effect op de gezondheid en het welzijn van de hond. Elke hond die duidelijke lichamelijk of gedragsafwijkingen vertoond moet gediskwalificeerd worden.  

Rasstandaard